Winnaar Brusseprijs 2016 voor het beste journalistieke boek
“Vol compassie verhaalt Marcia Luyten over lijden en strijden van de Limburgse mijnwerkers – Hans Wansink”
Toen Sjaakie in 1949 geboren werd, zei iedereen dat de knul perfecte handen had voor onder de grond. Hij groeide op als de vierde generatie van een mijnwerkersgeslacht in Heilust, een mijnkolonie in Kerkrade. Een brave, katholieke gemeenschap die overliep van trots: de mijnwerkers konden harder werken, drinken, bidden, blazen, vechten en lopen dan de rest. En ze dienden de natie. Niet alleen Kerkrade draaide om kolen, een groot deel van Zuid-Limburg werd door ‘social engineers’ gevormd naar de aanwezige steenkool. Kerk, mijn en staat voerden een totalitaire regie over het mijnwerkersbestaan. Maar Sjaakie deed niet mee. Die ging zingen, het podium op. Terwijl de ster van Jack Vinders rees, begon in Heilust het verval.
Marcia Luyten schetst de glorie en ondergang van de Nederlandse steenkoolindustrie aan de hand van een bewogen familiegeschiedenis: een zoon die vecht tegen de demonen van een mijnwerkersfamilie en die met alles moet breken om zijn droom na te jagen, al zal hij de kolonie nooit echt verlaten.
De Bezige Bij, 2015
De Volkskrant, recensie Het geluk van Limburg door Hans Wansink, 21 november 2015
Vol compassie verhaalt Marcia Luyten over lijden en strijden van de Limburgse mijnwerkers.
Op 9 juni 2010 waren er verkiezingen voor de Tweede Kamer. Nergens kwamen minder mensen naar de stembus dan in Kerkrade. En nergens scoorde de PVV van Wilders hoger dan in Kerkrade: 36 procent van de stemmen (tegen landelijk 16 procent). Journaliste Marcia Luyten ziet deze uitslag als een verlate opstand van ‘globaliseringsverliezers’, van een achtergebleven ‘massa met een lage opleiding die slecht uit de voeten kan in de flexibele, hypercompetitieve mondiale economie’. Ook de SP doet het goed in de voormalige mijnstreek.
Vol compassie verhaalt Marcia Luyten over lijden en strijden van de Limburgse mijnwerkers – Hans Wansink
Opeenvolgende generaties jonge Limburgers met ambitie en talent verlieten de mijnstreek. Wat achterbleef, scoort hoog in de verkeerde statistieken: bevolkingskrimp, een hoge werkloosheid, veel kinderen in armoede en in de jeugdzorg, veel wanbetalers bij zorgverzekeringen en kampioen drugscriminaliteit. Marcia Luyten had haar meeslepende sociale geschiedenis van de mijnstreek in plaats van Het geluk van Limburg misschien beter De Kerkrade Blues kunnen noemen. Want de mijnwerkerstraditie van gehoorzaamheid aan de bazen en de clerus heeft plaatsgemaakt voor het ‘werkloosheidsgen’: door de lage verwachtingen die werkloze ouders hebben van hun kinderen, wordt de werkloosheid van generatie op generatie overgedragen, zoals vroeger het mijnwerkersvak.