De omarmde dood verdraagt zich niet met het strafrecht

De zussen Heleen en Magda zijn bijna heel hun leven bij elkaar. Nu willen ze samen eruit. Heleen (83) is na een hersenbloeding verzwakt. Ze heeft epilepsie en is bijna blind. Magda (91) rijdt auto, werkt in de tuin, en is mantelzorger van Heleen.

Hun leven is voltooid, zeggen de zussen. Met de huisarts bespreken ze het verlangen naar een gelijktijdige euthanasie. Kan niet, zegt die. Magda heeft dan wel artrose, ze is nog zo fit. De zussen vragen hulp bij het Expertisecentrum Euthanasie (EE) dat twee artsen stuurt. Een van hen is Maud. Vroeger werkte ze op de spoedeisende hulp; Maud opereerde schotwonden en blies hartpatiënten nieuw leven in, nu helpt ze sterven.

Een paar jaar geleden begeleidde Maud een echtpaar. Zij had alzheimer, hij hartfalen, en op de dag dat ze vijftig jaar getrouwd waren, stierven ze, verstrengeld. Hun kinderen waren erbij, Led Zeppelin zong Stairway to Heaven.

Sinds minister Els Borst in 2001 de Euthanasiewet door de Eerste Kamer loodste, mag de zelfgekozen dood zacht zijn, en legaal. Deze week tien jaar geleden kwam Els Borst in haar huis door messteken om het leven. Borst, die naar het Vaticaan reisde om de Nederlandse praktijk uit te leggen, werd om de legalisering van euthanasie slachtoffer van een politieke moord.

Mensen met een terminale ziekte of ondraaglijk lijden kiezen steeds vaker voor euthanasie. In 2022 kreeg de Regionale Toetsingscommissie Euthanasie 13,7 procent meer meldingen. Van de 8.720 gevallen ging het 115 keer om psychisch lijden. 29 keer werd aan twee partners gelijktijdig euthanasie verleend.

Psychisch leed of een voltooid leven drijft mensen in wanhoop naar een bruut einde. Rosa’s moeder was 94. Ze had een mooi leven, nog geen dag in het ziekenhuis gelegen. Maar de laatste jaren was alles teveel. Moe was ze, letterlijk doodmoe. Het enige wat ze wilde, was sterven. Aangezien ze niks mankeerde waar een mens aan doodgaat, vond ze geen arts die haar kon helpen.

In familieberaad besloot Rosa’s moeder dan maar te stoppen met eten en drinken. Allemaal wisten ze: dat is een pijnlijke, mogelijk langzame dood. Moeders bescheiden, harmonieuze leven kreeg zo een wreed slotakkoord. Waarom mocht ze op haar 94ste niet waardig sterven?

Sommige jongeren leggen een tegengestelde route af: het leven als lijdensweg. Het bracht de ouders van Willem (20) ertoe hun zoon tot het eind te steunen bij wat hij zelfeuthanasie noemde. Willem had het syndroom van Asperger, was hoogbegaafd, sociaal gehandicapt en diep eenzaam. Een fles helium maakte er een einde aan.

Hij had naar het EE gekund, maar de wachttijd voor mensen met psychisch lijden is twee jaar. Dat euthanasie ondanks zorgvuldige procedures nog in het Wetboek van Strafrecht staat, maakt veel artsen kopschuw. Wanneer de omarmde dood uit het strafrecht wordt gehaald, is er nog steeds het Medisch Tuchtcollege, maar zullen dokters een Willem of Rosa’s moeder eerder helpen.

Bij Mauds eerste bezoek aan de zussen laat Magda haar de tuin zien – Magda verzorgt er een kraai met een gebroken vleugel. Alle procedures worden doorlopen. Er komen twee controlerende artsen. Ze stellen een datum vast. Heleen en Magda organiseren een afscheidsweekend voor alle dierbaren. Er zijn verhalen met wijn, er wordt veel gelachen, omhelsd, gehuild. Als de dag daar is, staat de kamer nog vol bloemen. De tuin is wit, achter het raam zit een kraai. Maud eet met de zussen appeltaart, ze drinken koffie. Dan lopen Heleen en Magda naar twee fauteuils die tegen elkaar aan staan. Ze pakken elkaars hand. Dankbaar, de vrijheid om te gaan.