12 oktober 2022
Een club meiden van het Amsterdamsch Studenten Corps organiseerde onlangs een benefietavond. In een restaurant brachten ze hun ouders bijeen. Aan het eind van de avond hadden die 140 duizend euro gedoneerd. Het geld was niet voor noodlijdende Oekraïense leeftijdgenoten, evenmin voor de Kankerstichting. De studenten gaan op dispuutsreis naar Zuid-Amerika.
Kinderen van ouders die niet kijken op een miljoen meer of minder. Als scholier reden ze een invalidenwagentje of een VanMoof. Nu een Audi. De morsige romantiek van een afbladderend studentenhuis is ze onbekend. Papa kocht in Amsterdam een piekfijn appartement. Die Gooise poenerigheid ontdoet het Amsterdamse studentenleven van een belangrijke charme. Het gevoel dat je een beetje scharrelt, aanrommelt, derdehands een galajurk scoort en net weer (of niet) het eind van de maand haalt, is verloren met een Visakaart op naam van mama.
Het corps was nog nooit zo populair. Niet ondánks grensoverschrijdingen als mishandeling, intimidatie en vrouwenhaat, juist dankzíj de vernederende ontgroening meldden jongeren zich massaal aan. In augustus stond in de Warmoesstraat een lange rij 18-jarigen om te loten voor een plek in het Amsterdamse corps. De hardvochtige, uitputtende groentijd zal voor sommigen het eerste zijn dat ze op eigen kracht moeten volbrengen. (Als het middelbareschooldiploma niet lukte, werd dat op het Luzac of een ander privécollege gekocht.) Als feut van het corps stapt de eerstejaars heel even in een vacuüm waar hij verder nooit meer zal geraken; geen creditcard kan hem redden. Overgeleverd aan machtswellust moet de student zelf iets verwerven, een initiatie ondergaan. Jonge vrouwen stoppen een vis in hun vagina.
De vorige generatie meiden van het clubje dat naar Zuid-Amerika vliegt, leerde verplicht alle dispuutsliederen uit het hoofd. Elke nieuwe lichting maakt haar eigen liederen, en wie toetrad kende alle teksten van voorgaande jaren. Dat was traditie, een demonstratie van respect, eerbetoon. Zongen ouderejaars een lied, zong iedereen mee. Die toewijding lijmde de groep. Bovendien hoefde een oudere lichting zo nooit alleen te zingen.
Op de laatste reünie konden de jongste meiden niet meezingen met de ouderejaars. Voor de eigen liederen keken ze op hun telefoon. Ze zongen alleen.
Deze jongeren zijn de elite van de toekomst – want dat weegt zwaar als reden om lid te worden. Nog steeds vult het corps de top van grote banken en multinationals. Maar anders dan het oude corps dat de waarden van de adel uitdroeg: Bildung, eerzaamheid, in elk geval strevend naar beschaving, is het nu vaak een versterker van arrogantie en decadentie. Precies waar de aristocratie haar neus voor ophaalde – zo proleterig.
Waar millennials en Generatie Z gaan werken, vallen ze nogal eens op door een wonderlijke combinatie van zelfingenomen- en overgevoeligheid. Overspannen zodra het even tegenzit. Terwijl deze tijd niet om hooghartigheid verlegen zit. Juist om aanpakkers en verbinders die wat onder het neoliberalisme stuk is gegaan weer kunnen helen.
Ik denk aan Filip Boeke, de man van 100 die maandag in deze krant werd geportretteerd. Hij sprak met liefde over zijn huis aan de Ardèche, een oude, vervallen boerderij, die hij eigenhandig opknapte en waar hij nog steeds de zomermaanden doorbrengt. Van zelf iets maken, wordt een mens gelukkig. Hij zei: ‘Ik vind eigenlijk dat iedereen zijn eigen huis zou moeten kunnen bouwen. Dat is mijn ideaal.’ De man die een eeuw zag passeren mijmerde: ‘Het is belangrijk als mens bescheiden te zijn.’