Iedereen wilde wel een fietsstraat op de dijk, tot het woord ‘Stravastraat’ viel

26 juni 2023

Iemand liet het nieuwe woord vallen en meteen verschoten de plannen voor de dijk waarop we wonen van kleur: wij zijn een Stravastraat. We zaten aan de keukentafel met de luisterende overheid. Die was gekomen omdat het Waterschap de polderdijk gaat versterken. De plannen hadden tot een kleine opstand geleid toen bleek dat bijna alle bomen zouden worden gekapt. Intussen was landelijk door de Ombudsman, het SCPen ook Remkes de overheid gemaand beter naar burgers te luisteren. Dus zaten omgevingsmanager Anneke en projectleider Thomas aan de koffie met buurtcomité De Groene Dijk.

Een jaar geleden was de wegbeheerder van de gemeente wezen kijken. Hoofdschuddend had hij rondgelopen. Aan de waterrand staan knotwilgen, heesters, struikjes en wilde bloemen, een verklaring voor de terugkeer van zangvogels. Picknicktafels naast een gestrande, omgekeerde roeiboot. ‘Manmanman, wat een rommel.’ Zijn ideale dijk is leeg, gras kort en de oever strak afgebiesd. De Noord-Hollandse ambtenaar was nog niet bekend met de nieuwe richtlijn voor het beheer van agrarisch gebied.

‘Groenblauwe dooradering’ luidt nu de opdracht: een netwerk van natuur tussen de biljartlakens van raaigras. Die dooradering bestaat uit bomen, houtwallen, struiken, bloemen, kruidenranden, en sloten, beken en poelen met natuurlijke oevers – eigenlijk zo’nbeetje wat De Groene Dijk voorstelt.

Dat botst met een andere groep aan de dijk, de boeren. Die zijn zwaar in de minderheid, maar bezitten vrijwel al het land achter de huizen. En een kruidenrijke berm is wat ze niet willen. De bloemzaden waaien naar het weiland. Bij één boer is de afkeer van onkruid zo groot, dat hij de strook van 30 centimeter tussen zijn hek en de straat heeft belegd met kunstgras. Over het plastic groen trok hij met verf een witte lijn als ware het de grenslijn van een voetbalveld. Met gif bedwingt hij al het leven anders dan raaigras en snijmaïs voor zijn koeien. Aan de overkant van de weg groeit op zijn stuk dijk het gras nooit hoger dan 5 centimeter.

Dat ze daar een conflict moet verzoenen, dat wist de omgevingsmanager. Gelukkig was iedereen enthousiast over het voorstel van de dijk een fietsstraat te maken. Totdat een Groene Dijkerdat ene woord liet vallen: Stravastraat. Op de app Strava, waar sporters hun prestaties registreren en routes voor toptijden delen, staat het begin van de dijk aangeprezen als raceparcours. Jarenlang was voor de smalle weg sluipverkeer de vloek, tegenwoordig zijn het pelotons lycra. In elke andere beweging op de dijk dreigt voor hen de revalidatiekliniek. En dus jakkeren ze, opgejaagd door Strava, schreeuwend en scheldend de dijk over.

De omgevingsmanager was een en al welwillendheid, maar nu ontglipt haar een moedeloze zucht. De burger blijkt grillig. Ineens is de fietsstraat een vrijgeleide voor de maniak. Bovendien, zegt de kunstenaar, is zo’n fietsstraat rood en je wil echt geen rood voor de deur.

Maar wat willen jullie dan, houdt Anneke toegewijd vol. Nou ja, concludeert De Groene Dijk, eigenlijk zou alles moeten blijven zoals het is. Niet te glad asfalt; omdat het nu breekt, kruimelt, scheurt en klooft moeten Stravarenners in de remmen. Klinkers! Oppert iemand. Mooi, en voor snelheid ongeschikt. Maar Thomas is helder: onbetaalbaar. Bomen behouden kost al klauwen met geld. In asfalt kunnen steenmotieven worden ingewalst, weet een andere buurman. Zo lijkt het een steenweg. Wordt genoteerd.

Dan lopen we naar buiten, de dijk op. De Waterschappers willen ook even erváren waar we het over hebben. Anneke zet van de voordeur een stap de straat op en springt achterwaarts. Op een haar na geschept door een opgevoerde Canta.