21 december 2022
Zoveel is al gezegd dat even zwijgen misschien beter is. De grond die tussen ons ligt, het land met diep de sporen van bloed, heeft maandag bewogen. Na het schuiven van aardplaten moet alles tot rust komen, eer iets nieuws kan groeien.
Maar in de levendige symfonie voorafgaand aan De Toespraak was er een dissonant die andere spelers hinderde. De premier koos soeverein het moment waarop hij namens de Nederlandse regering excuses voor de slavernij aanbood. Hij deed dat zoals zoiets zou moeten gaan: na langdurig (zelf)onderzoek en gesprek, zijn woorden zorgvuldig gekozen, de toon deemoedig en waardig, en, belangrijkst van alles: oprecht.
De vertegenwoordiger van de staat was aangedaan door wat de staat heeft aangericht. Dat was te horen, dat was te ruiken, dwars door het scherm heen. Mark Rutte vertelde dat hij persoonlijk een ontwikkeling had moeten doormaken en tot inkeer was gekomen. Het was met de moed van een staatsman.
De waarachtigheid van die excuses werd gevoeld door veel nazaten van tot slaaf gemaakte mensen. Daarmee zou een belangrijke stap zijn gezet naar heling van ons pijnlijke verleden. Ware het niet dat er een storende toon blijft rondzingen. Gebracht met een stelligheid alsof het een natuurwet betreft, zijn er mensen die claimen dat excuses geen betekenis hebben als ze niet ook worden aanvaard.
We kunnen leren van landen die door een pijnlijk proces van verzoening zijn gegaan. Rwanda moet leven met een meerderheid van zijn bevolking die in 1994 een minderheid met kapmessen probeerde uit te moorden. Op elke heuvel zijn volkstribunalen gehouden waar slachtoffers oog in oog stonden met daders . In Zuid-Afrika knechtte een witte minderheid eeuwenlang de zwarte meerderheid in een systeem van marteling en moord. Aartsbisschop Desmond Tutu leidde de Waarheids-en Verzoeningscommissie.
Kern van beide verzoeningsprocessen was het kennen en erkennen van wat er is gebeurd. De waarheid, zonder haar geen gedeelde toekomst. In Rwanda kon een dader strafvermindering of -kwijtschelding krijgen als hij spijt betuigde. In sommige gevallen was een nabestaande in staat te vergeven. In Zuid-Afrika was het uitspreken van een excuus niet nodig. Zolang een dader de waarheid opbiechtte.
Waar excuses werden aangeboden, werd niet gevraagd hoe de spijtbetuiging landde bij het slachtoffer. Oprechte excuses zijn een monumentale daad die voor zijn betekenis niets anders nodig heeft. Het gebaar zelf is de brug naar een volgende stap. Naar heling. Naar wat Kathleen Ferrier mooi omschrijft als ook een ‘spiritueel’ proces – een term die ook de premier in zijn toespraak gebruikte. Heling vraagt nu ook om een beweging aan de andere kant. Voor sommigen is dat ook: het loslaten van slachtofferschap als machtsmiddel.
Over verzoening schreef niemand mooier dan Antjie Krog, de Zuid-Afrikaanse dichter die als witte journalist de Waarheids- en Verzoeningscommissie versloeg. Het boek De kleur van je hart besluit ze met een ode aan die commissie die ‘het idee van medemenselijkheid levend hield’: ‘Onverdroten beitelde ze zich een weg voorbij racisme en maakte ze ruim baan voor al onze stemmen. Ondanks alle missers draagt ze een vlam van de hoop die mij trots maakt dat ik van hier ben, dat ik hier hoor.
‘Maar ik wil het eenvoudiger zeggen. Ik wil dat deze hand van mij het opschrijft. Voor ons allemaal, alle stemmen, alle slachtoffers:
vanwege jou
ligt het land niet langer tussen ons
maar binnen in ons
het haalt adem
tot rust gekomen na de wond
aan haar wonderlijke keel
…
een nieuwe huid
Ik ben voor altijd veranderd. Ik wil zeggen:
vergeef me
vergeef me
vergeef me
jij wie ik onrecht heb aangedaan, alsjeblieft,
neem me
met je mee.’