Hoi Marcia,
Wat ik nog over Mali wilde delen is het volgende. Ik was er in december 2010 via BZ, Eenheid Vredesopbouw en Fragiele Staten, waar ik me bezighoud met de link tussen veiligheid&ontwikkeling en hoe je conflict kunt helpen voorkomen. Dat is in Mali niet goed gegaan en NL moet zichzelf daarover eens goed in de spiegel aankijken: 1) teveel gericht op de zittende macht in Bamako, 2) niet het juiste type hulp => bijdrage aan conflict
Mali ontving jarenlang de meeste bilaterale hulp van NL (na Soedan). Vorig jaar nog 60 mn Euro. Dat geld ging voornamelijk via de overheid in Bamako; begrotingssteun was de hoofdmoot. Mooie programma’s, ook dat Office du Niger, met betrokkenheid van Wageningen etc.
Maar eenzijdig gericht op het zuiden. Hoe kon het ook naar het noorden gaan, daar had de overheid altijd al weinig autoriteit. Dat werd de laatste jaren pijnlijk zichtbaar toen AQIM daar weggejaagd moest worden, strijders die vanuit Algerije verdreven waren. De VS en Frankrijk oefenden enorme druk uit, maar dat was moeilijk voor ATT; die had een soort niet-aanvalsverdrag met het noorden sinds 1991. Maar dus toch, nadat het noorden jarenlang verwaarloosd was in termen van ontwikkeling kwam nu opeens het zuidelijke leger (waarin nauwelijks Toearegs zitten) het gebied in. Onderbetaald en ongedisciplineerd. Ze probeerden te profiteren van smokkel en losgelden (via hun aan AQIM voor gekidnapten); dat namen de Toearegs hun niet in dank af. Vooral niet toen velen van hen terugkeerden uit Libie met wapens. Maar goed, dit weet je allemaal al.
Waar het mij om gaat is het volgende: Nederland heeft zijn kop in het zand gestoken over het effect dat OS had op de interne verhoudingen; divergentie zuiden-noorden. En daarbij te weinig oog gehad voor de marginalisatie van het noorden en het conflictpotentieel daarvan.
Mijn punt is: hulp moet drastisch hervormd worden. Beter, smarter en volgens het do no harm principe. Als het conflict kan veroorzaken (en dat doe je snel als je bepaalde groepen of regio’s bewust buitensluit) moet je ermee stoppen of het drastisch omgooien.
In Mali gaan de resultaten van OS ten gronde door instabiliteit, zoals al in zoveel Afrikaanse landen is gebeurd. Denk dus wat beter na over hoe je die instabiliteit kunt voorkomen, voordat je geld gaat pompen naar de zittende macht. We hebben daar verstand van, maar de oude manier van OS moet daarvoor wel omver; veel meer investeren in voorkomen van instabiliteit; veiligheidssector hervormen, maar ook OS-programma’s inclusiever maken, buitensluiting zorgt voor frustratie.
Wellicht heb je er wat aan. Zou het leuk vinden om een keer af te spreken, ga binnenkort voor mezelf beginnen, heb baan bij BZ opgezegd!
Groet,
Marije
AUTHOR: Marije Balt
AUTHOR EMAIL: baltmarije@hotmail.com
AUTHOR URL:
SUBJECT: [Marcia Luyten] Contact
IP: 62.207.60.228
Array
(
[Naam] => Marije Balt
[E-mail] => baltmarije@hotmail.com
[Website] =>
[boodschap] => Hoi Marcia,
Wat ik nog over Mali wilde delen is het volgende. Ik was er in december 2010 via BZ, Eenheid Vredesopbouw en Fragiele Staten, waar ik me bezighoud met de link tussen veiligheid&ontwikkeling en hoe je conflict kunt helpen voorkomen. Dat is in Mali niet goed gegaan en NL moet zichzelf daarover eens goed in de spiegel aankijken: 1) teveel gericht op de zittende macht in Bamako, 2) niet het juiste type hulp => bijdrage aan conflict
Mali ontving jarenlang de meeste bilaterale hulp van NL (na Soedan). Vorig jaar nog 60 mn Euro. Dat geld ging voornamelijk via de overheid in Bamako; begrotingssteun was de hoofdmoot. Mooie programma’s, ook dat Office du Niger, met betrokkenheid van Wageningen etc.
Maar eenzijdig gericht op het zuiden. Hoe kon het ook naar het noorden gaan, daar had de overheid altijd al weinig autoriteit. Dat werd de laatste jaren pijnlijk zichtbaar toen AQIM daar weggejaagd moest worden, strijders die vanuit Algerije verdreven waren. De VS en Frankrijk oefenden enorme druk uit, maar dat was moeilijk voor ATT; die had een soort niet-aanvalsverdrag met het noorden sinds 1991. Maar dus toch, nadat het noorden jarenlang verwaarloosd was in termen van ontwikkeling kwam nu opeens het zuidelijke leger (waarin nauwelijks Toearegs zitten) het gebied in. Onderbetaald en ongedisciplineerd. Ze probeerden te profiteren van smokkel en losgelden (via hun aan AQIM voor gekidnapten); dat namen de Toearegs hun niet in dank af. Vooral niet toen velen van hen terugkeerden uit Libie met wapens. Maar goed, dit weet je allemaal al.
Waar het mij om gaat is het volgende: Nederland heeft zijn kop in het zand gestoken over het effect dat OS had op de interne verhoudingen; divergentie zuiden-noorden. En daarbij te weinig oog gehad voor de marginalisatie van het noorden en het conflictpotentieel daarvan.
Mijn punt is: hulp moet drastisch hervormd worden. Beter, smarter en volgens het do no harm principe. Als het conflict kan veroorzaken (en dat doe je snel als je bepaalde groepen of regio’s bewust buitensluit) moet je ermee stoppen of het drastisch omgooien.
In Mali gaan de resultaten van OS ten gronde door instabiliteit, zoals al in zoveel Afrikaanse landen is gebeurd. Denk dus wat beter na over hoe je die instabiliteit kunt voorkomen, voordat je geld gaat pompen naar de zittende macht. We hebben daar verstand van, maar de oude manier van OS moet daarvoor wel omver; veel meer investeren in voorkomen van instabiliteit; veiligheidssector hervormen, maar ook OS-programma’s inclusiever maken, buitensluiting zorgt voor frustratie.
Wellicht heb je er wat aan. Zou het leuk vinden om een keer af te spreken, ga binnenkort voor mezelf beginnen, heb baan bij BZ opgezegd!
Groet,
Marije
)